In Opuwo, het gebied van de Nimba

12 maart 2017 - Opuwo, Namibië

11 maart
Na een uitgebreid ontbijt zijn we op pad gegaan. Op twee kilometer afstand bleek de Baobab camping te liggen die we gisteren gemist hebben. Even gekeken naar de enorme boom en daarna verder getrokken. Onderweg nog veel meer mooie baobabs gezien. Nog een omweg van 20 km moeten maken omdat de kaart bij de jongens was en Marthe en ik op de voorstoelen zaten. Rond een uur of 11.00 van de weg af om koffie te zetten. Niet veel later kwam een ezelkar met twee vrouwen en een jongen langs. De mannen wilden wel een foto hiervan maken. De vrouwen wilden wel 100 Namibische dollar hebben (7 euro) maar uit principe geven we geen geld. We gaven hen een appel en hadden dikke lol. Zij reden door en na de koffie dacht Tineke wel via de modder naar de weg terug te kunnen. Niet dus. De auto zat vast in de modder. Met takken, stenen en zand scheppen hebben we de auto uit de modder gekregen en zijn we verder gereden. We waren van plan om in Opuwo een camping aan een rivier te nemen. Nog even gecheckt bij het informatie centrum en daar werd ons verteld hoe te rijden. Hij had natuurlijk kunnen vertellen dat die camping gesloten was maar dat verzuimde hij. Door een negorij waarbij een favela een luxe oord is, kwamen we bij de gesloten camping aan. Daar kregen we het advies om bij het hotel 'Opuwo country logde boven op de berg, te proberen. Via een steil zandpad kwamen we bij de ingang waarbij de portier moest denken of er nog accommodatie op de camping was. Na veel twijfelen zei hij dat er nog wel een plekje was. Uiteindelijk blijken we de enige op de camping te zijn. Van de receptie hoorde we dat campingplaats 2 uitermate geschikt was voor ons, maar wij dachten daar anders over. Wij namen plek 4 en tot onze grote schik bleek na twee uur andere mensen op plek 2 te staan. Zij vertelden dat die plek hen toegewezen was door de receptie en hadden dit zonder slag of stoot geaccepteerd. Die man bleek een Duitse geoloog te zijn die veel weg had van Indiana Jones.
Bij de receptie hoorden we trouwens dat de weg naar de Epupa falls door de vele regen en overstromingen onbegaanbaar was geworden. Ook de weg naar het hotel was door de regenval van de laatste dagen behoorlijk geërodeerd.
De kampeerplek is geweldig, prachtig uitzicht en we genieten volop. Een biertje bij het restaurant en we voelen ons decadente toeristen. Het is echt low season. Het personeel verveelt zich enorm en willen het liefst een praatje met je maken.
Marthe en ik liepen als eerste terug naar de kampeerplek om het vuur aan te steken, een klusje dat tot nu toe Marco dagelijks deed. Wij roken onze kans dus. Bij onze plek stond een local, een werknemer van het hotel dachten wij, en begon een heel verhaal over dat hij ons wel tegen een lagere prijs dan de receptie bij de Nimbastam kon brengen. Toen we vertelden dat we hier geen interesse in hebben omdat we ons oncomfortabel voelen om zo'n stam te bewonderen bleef hij maar kletsen. Uiteindelijk reageerden wij niet meer en liep hij weg, maar hij bleef in de buurt. Ongevraagd deed hij het licht op onze kampeerplek aan en op andere plekken. Hij hield ons goed in de gaten totdat Herre, de rest sliep al, het zat was en met een lichtje naar hem toe ging en zei dat hij weg moest gaan. Als een jakhals, met zijn staart tussen zijn poten, droop hij af. We weten nu zeker dat hij niet bij het resort hoort.